AI-bedrijven worden in 2025 geconfronteerd met juridische strijd over auteursrecht

8

De snelle opkomst van kunstmatige intelligentie, met name generatieve AI-tools zoals ChatGPT, heeft de afgelopen drie jaar talloze aspecten van het dagelijks leven fundamenteel veranderd. Eén cruciaal gebied – het auteursrecht – blijft echter een strijdtoneel, waarbij juridische uitdagingen een belangrijk obstakel vormen voor AI-bedrijven.

De opkomst van auteursrechtclaims

Toonaangevende AI-bedrijven hebben openlijk gebruik gemaakt van enorme datasets, inclusief auteursrechtelijk beschermd materiaal dat van internet is geplukt, zonder voorafgaande toestemming. In 2025 startten grote auteursrechthouders agressieve rechtszaken wegens wijdverbreide inbreuk. Deze golf van juridische stappen is een directe reactie op de manier waarop AI-modellen worden gebouwd: door in wezen te ‘leren’ van bestaand intellectueel eigendom.

De meest prominente zaak betrof Disney en Universal, die Midjourney in juni aanklaagden. Ze voerden aan dat de AI-beeldgenerator was getraind op hun auteursrechtelijk beschermde karakters, waardoor gebruikers afgeleide werken konden maken die iconische beelden rechtstreeks kopiëren. Dit gaat niet alleen over esthetische gelijkenis; het gaat over directe exploitatie van intellectueel eigendom voor commercieel gewin.

Het debat over ‘redelijk gebruik’

Midjourney wordt tegengegaan door te beweren dat het gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal onder ‘redelijk gebruik’ valt, met het argument dat de door AI gegenereerde resultaten transformerend genoeg zijn om training over beschermde werken te rechtvaardigen. Dit verweer staat centraal in het bredere juridische debat. De vraag is niet simpelweg of er auteursrechtelijk beschermd materiaal is gebruikt, maar of de uitkomst van dat gebruik een wijziging vormt die substantieel genoeg is om als redelijk gebruik te kwalificeren.

Volgens juridische experts, zoals Andres Guadamuz van de Universiteit van Sussex, stopt de handhaving van het auteursrecht de vooruitgang van AI niet effectief. Het argument dat auteursrecht ‘AI zou doden’ is niet uitgekomen, nu bedrijven juridische uitdagingen aangaan via schikkingen en strategische licenties.

Overheidsinterventie en ethische zorgen

Sommige regeringen mengen zich ook in het debat. In oktober heeft Japan OpenAI formeel verzocht zijn culturele intellectuele eigendomsrechten te respecteren, inclusief manga- en videogamefranchises zoals Nintendo. Dit benadrukt de mondiale implicaties van AI-trainingspraktijken, waarbij modellen beschermde inhoud uit verschillende regio’s kunnen repliceren.

Verdere controverse ontstond met Sora 2 van OpenAI, een AI-videogenerator die realistische deepfakes kan creëren. De zorgen escaleerden toen het model Martin Luther King Jr. in verzonnen scenario’s afbeeldde, wat OpenAI ertoe aanzette de beperkingen op historische figuren te versterken. Het bedrijf eist nu dat publieke figuren zich actief afmelden voor het gebruik van hun beeltenis, een maatregel die sommigen nog steeds te tolerant vinden.

Nederzettingen en financiële gevolgen

Juridische strijd heeft al geleid tot aanzienlijke financiële gevolgen voor AI-bedrijven. In september werd Anthropic, het bedrijf achter de Claude-chatbot, geconfronteerd met beschuldigingen van het downloaden van meer dan zeven miljoen illegale boeken om zijn modellen te trainen. Hoewel een rechter oordeelde dat de training zelf potentieel transformatief zou zijn, was de vermeende piraterij ernstig genoeg om een ​​proces te rechtvaardigen. Anthropic schikte voor een minimum van $ 1,5 miljard om rechtszaken te voorkomen.

De toekomst van AI en auteursrecht

De heersende trend suggereert dat AI-bedrijven auteursrechtkwesties waarschijnlijk zullen oplossen via schikkingen en licentieovereenkomsten, in plaats van regelrechte juridische nederlagen. Hoewel sommige bedrijven failliet kunnen gaan als gevolg van rechtszaken wegens inbreuk of marktverzadiging, is het onwaarschijnlijk dat de onderliggende technologie zal verdwijnen.

“AI-bedrijven lijken hun berekeningen te hebben gemaakt en zullen waarschijnlijk uiteindelijk een combinatie van schikkingen en strategische licentieovereenkomsten moeten betalen”, zegt Guadamuz. “Slechts een handvol bedrijven zal failliet gaan als gevolg van rechtszaken wegens inbreuk op het auteursrecht. AI is een blijvertje, zelfs als veel van de bestaande bedrijven het niet redden vanwege rechtszaken of vanwege de zeepbel.”